De 4e Internationale Architectuur Biënnale Rotterdam is de aanleiding voor een ontwerponderzoek naar de ‘Maakbare Stad’. Curator Crimson architectural historians koppelt ons aan woningbouwvereniging Com.wonen met de vraag: ‘Ontwikkel een maakbaar voorstel voor de actualisering van de massawoningbouw in Carnisse, Rotterdam-Zuid.’
In Carnisse staat een groot aantal woningen naar het revolutionaire woningbouwconcept van J.H. van den Broek. Het innovatieve van dit ‘1000 woningenplan bestond eruit dat de eenvoudige gestandaardiseerde portieketagewoningen als bouwpakket aan de Rotterdamse kleine bouwers werd aangeboden. Zij zouden, zo was de gedachte, door de eenvoud van het systeem, de gezamenlijke inkoop en vergunningen weinig risico lopen en zouden dan ook snel tot bouw overgaan in een tijd waarin de bouw door materiaal schaarste en onzekerheid stagneerde. Dit werkte, uiteindelijk bouwden men tussen 1938 en 1941 in heel Rotterdam 3000 van deze woningen: 1% van de woningvoorraad.
Na 50 jaar zijn de blokken uitgeleefd. De appartementen zijn uniform en te klein en ‘passen niet bij de wensen van nu’. De wijk lijdt hieronder, mensen willen niet blijven en problemen stapelen zich op. Gebruikelijke renovatie is moeilijk vanwege het totaal versnipperde eigendom en de grote investeringen die dat met zich meebrengt. Het is ook de vraag of je met standaard renovatie de kern van het probleem oplost. Daarom heeft Com.wonen een klein aantal van de woningen opgekocht en is op zoek naar mogelijkheden voor verbetering en diversifiëring als voorbeeld voor andere eigenaren. De uitdaging is om mogelijkheden te vinden die individuele woningen zowel technisch als in zijn voorkomen aanpakken, waarmee zowel gebruik als uitstraling verbeteren binnen het collectieve kader van de bouwblokken. Anders gezegd: Kunnen we het oorspronkelijk idee herontwikkelen in plaats van het gebouw te renoveren?